Ik bestudeerde andere tijden in de geschiedenis waarin de goudprijzen meer dan verdubbelden in de reservevaluta van die tijd, zoals dat het afgelopen jaar gebeurde: het is zeldzaam en bijna altijd een teken van een diepgaand verlies van vertrouwen in de bestaande monetaire en politieke orde, teruggaand tot het Romeinse rijk (de zogenaamde "Crisis van de Derde Eeuw"). En het markeerde vaak de overgang van het ene tijdperk van macht naar het volgende: de val van Rome, de achteruitgang van Spanje als wereldmacht, de Franse Revolutie en Terreur, het einde van Bretton Woods, enz. Interessant is dat het vaak net zozeer een oorzaak als een teken van deze episodes is, aangezien dit in feite een overdracht van echte rijkdom is van de armen naar de rijke elites die zichzelf beschermen met goud - dit is wat de politieke onrust aanwakkert. Het vreemde aspect van de huidige episode is de relatieve stilte eromheen: we zijn getuige van wat een van de grote keerpunten in de financiële geschiedenis kan zijn, en toch wordt er nauwelijks over gesproken.